fbpx

Ik werkte eens in een praktijk waarin twee tandartsen tegelijkertijd waren vertrokken. Daardoor ontstond er vacatureruimte die direct gevuld diende te worden. De enige tandarts die op de vacature reageerde was echter een startende tandarts. Je zou denken dat dat een kans was voor de praktijk, maar dat liep helaas anders.

Zoals iedereen binnen de mondzorg weet, zijn de meeste startende tandartsen aan het begin van hun carrière vooral op zoek naar begeleiding en de mogelijkheid om ervaring op te doen. Zo presenteerde deze tandarts zich ook en de praktijkhouder verzekerde haar ervan dat zij die mogelijkheid zou krijgen.

Ondanks de beloftes van de praktijkhouder, kreeg deze tandarts alle pijnklachten toegewezen, terwijl ze tussendoor ook nog de reguliere behandelingen moest uitvoeren in bijna dezelfde tijd als haar voorgangers. En ja, zij behandelde natuurlijk niet zo snel als haar voorgangers. Ik zag haar iedere dag steeds meer gestrest rondlopen door de uitloop in haar programma en een steeds drukker wordende agenda.

Het was best frustrerend om te zien. De praktijk was zo wanhopig op zoek naar een tandarts dat ze haar agenda volplanden zonder rekening te houden met het feit dat ze nog niet de ervaring had om alles in een rap tempo af te handelen. Ik voelde met haar mee, want ik wist dat ze het echt probeerde.

Maar het resultaat was dat ze uiteindelijk besloot om de praktijk te verlaten. En dat was weer een klap voor de praktijk, want er ontstond nog meer onrust bij de patiënten en bij de overige medewerkers. Het was voor mijn gevoel het begin van een vicieuze cirkel.

Ik vraag me soms af of praktijkhouders en managers zich realiseren wat het met een startende tandarts kan doen als ze zo overbelast worden. Het respecteren van het tempo waarin iemand zich ontwikkelt, is zo belangrijk. Dat is niet alleen voor tandartsen het geval, maar ook voor tandartsassistenten.

Als ik terugkijk op die ervaring, zie ik twee dingen. Het eerste is dat ik niet bij machte was om de omgang met de startende tandarts te veranderen. Dat was namelijk mijn rol in die specifieke praktijk niet. Het tweede is dat de nadruk nooit moet liggen op het vullen van een vacature, maar op het vullen van de vacature met de juiste persoon.

Ik hoop dat dit soort situaties minder vaak voorkomen, want niemand wint als er zo’n druk op de ketel staat en je de verkeerde persoon op de juiste plek zet.